Piekeren is een hardnekkig fenomeen. Je hersenen blijven in cirkeltjes draaien omdat je ooit (bewust of onbewust) de conclusie hebt getrokken dat het nutteloze piekeren behulpzaam zou zijn. Als je na dagen tobben een goed cijfer haalt voor je tentamen kun je misschien denken dat je dit goede resultaat mede aan het gepieker te danken hebt. Dit soort associaties houden de piekermolen in stand. Wanneer je inziet dat dit neurotische denken je echt niet helpt, kun je ervan loskomen. Psycholoog Colin van der Heiden (Erasmus MC en PsyQ) onderzocht een behandeling dat piekeren heel effectief aanpakt.
We piekeren allemaal met regelmaat, maar meestal krijgen we er op een gegeven moment genoeg van en doen wie iets actiefs om onze problemen op te lossen of zetten we het getob van ons af iets te doen wat ons afleidt, zoals sporten of een film kijken. Vaak lukt dat. Eén op twintig mensen krijgt echter ooit in zijn leven zoveel last van piekeren en nervositeit dat psychologen spreken van een zogenoemde gegeneraliseerde angststoornis (GAS). Daarbij is iemand voortdurend gespannen, tobbend over werk, studie, kinderen liefde, toekomst. Dit soort gepieker kan lijden tot een echte depressie, slecht slapen en andere klachten. De kans op spontane genezing is niet meer dan 15%. Goed om iets aan het gepieker te doen dus.
Een succesvolle therapie, zoals die Van der heiden heeft ontwikkeld en onderzocht, leert piekeraars anders na te denken over hun gepieker. Van der Heiden: “Ze leren inzien dat ze ooit zijn begonnen met piekeren omdat dat zinvol was. Ze wilden bijvoorbeeld iets vervelends voorkomen. Later werd het piekeren onbeheersbaar en had het geen enkele zin meer. Als mensen dat inzien verdwijnt hun piekergedrag.”
Een andere techniek om piekeren aan te pakken is het zogenaamde piekerkwartier. Hierbij spreek je met jezelf af dat je jezelf slechts een kwartier tot een half uur per dag geeft om actief te piekeren. Bijvoorbeeld net na het avondeten. Gedurende de rest van je dag onthoud je jezelf er (zo goed als mogelijk) van. In plaats van dat je piekert, schrijf je met enkele trefwoorden de inhoud van je gepieker op in een klein notitieblokje om daarna door te gaan met de rest van je dagelijks leven. De bedoeling is dat je je hersenen traint om relatief piekervrij te leven. Ook meditatie en mindfulness (gedachten bekijken en loslaten) zijn goede manieren om je leven minder te laten beheersen door gepieker.
Bij het IDI kun je professionele hulp krijgen bij het aanpakken van piekeren en uitstelgedrag.