Angsten, overmatig piekeren en uitstelgedrag

“Ik werd steeds banger voor weer een paniekaanval, op een gegeven moment durfde ik het huis niet meer uit”

Iedereen is wel eens bang. Angst is een normale reactie, die ons waarschuwt voor gevaar. Een soort alarmsysteem van het lichaam om ons te beschermen. Dit alarmsysteem kan uit evenwicht raken. Dan merk je dat je bang wordt in situaties waarin dit eigenlijk niet nodig is, of dat de angst intenser is dan op dat moment passend is. Dan kan er sprake zijn van een angststoornis. Er bestaan allerlei verschillende angststoornissen:

Paniekstoornis
Bij een paniekstoornis heb je te maken met plotselinge momenten van intense angst. Vaak gepaard gaand met hartkloppingen, zweten, trillen, het gevoel te stikken, pijn op de borst, duizeligheid, een tintelend of onwerkelijk gevoel en de angstige gedachte dat je een hartaanval krijgt, flauwvalt, of dood neer zult vallen. De angst bereikt vaak binnen een paar minuten een piek en zakt dan weer weg. Doordat deze aanvallen onverwacht optreden, ontstaat er vaak angst voor nieuwe paniekaanvallen. Paniekaanvallen kunnen ook, los van de paniekstoornis, voorkomen naast andere problemen bijv. naast somberheid.

Agorafobie
Angst voor situaties waarin wegvluchten moeilijk is of waarin hulp niet beschikbaar is als je het nodig hebt, zoals openbaar vervoer, vliegen, afgesloten ruimtes (winkels, theaters, bioscopen), open ruimten (pleinen, bruggen), in de rij of in een menigte staan of alleen buitenshuis zijn. Agorafobie komt vaak voor bij mensen die last hebben van een paniekstoornis.

Specifieke fobie
Duidelijke angst voor specifieke situaties of objecten, zoals vliegen, hoogtes, dieren, injecties, bloed.

Gegeneraliseerde angststoornis
Dit wordt ook wel de ‘piekerstoornis’ genoemd. Als je hier last van hebt, ben je voordurende bang dat er iets vreselijks zal gebeuren, je bent continu gespannen en piekert veel. Door te piekeren probeer je wellicht mogelijke problemen voor te zijn of alvast op te lossen. Het gepieker leidt echter nauwelijks tot oplossingen maar tot meer gepieker en meer inactiviteit. Belangrijke beslissingen worden erdoor uitgesteld en zelfs intimi kunnen de band verliezen met iemand die teveel ‘in het hoofd’ bezig is. Daarnaast kun je door al het malen maar moeilijk is slaap komen of heb je last van spanningshoofd-  of rugpijn. Ook lichamelijke klachten die lijken op die bij een paniekstoornis kunnen voorkomen: hartkloppingen, zweten, duizelig- en kortademigheid. Piekeren kan ook, los van de gegeneraliseerde angststoornis, voorkomen naast andere problemen bijv. naast somberheid.

Sociale-angststoornis
Sterke angst voor sociale situaties, waarin je beoordeeld zou kunnen worden door anderen, zoals een gesprek voeren, nieuwe mensen ontmoeten, eten of drinken in gezelschap, een presentatie geven.

Hoewel angst overweldigend en verlammend kan zijn, is er in therapie goed iets aan te doen. Download hier de Toolkit-Samen-Belissen-bij-Angst. Je kunt dit informatiemateriaal gebruiken om je te oriënteren op wat je van de zorg kunt verwachten en op welke behandelmogelijkheden er zijn. Je kunt de informatie ook gebruiken om straks samen met je behandelaar de opties te bespreken en te kiezen voor wat er het beste bij jou past.

Behandeling van angst: psycho-educatie, exposure, cognitieve therapie

Psycho-educatie
Psycho-educatie houdt in dat je meer informatie krijgt over de stoornis waar je last van hebt, de dynamiek van die klachten en de aanpak ervan. Het is vaak geruststellend om beter te snappen hoe je klacht in elkaar zit, wat de angst in stand houdt en hoe je de angst kunt verminderen.

Exposure
Een belangrijk onderdeel van de behandeling van angstklachten is exposure. In plaats van hetgene dat je vreest te vermijden, stel je je juist stap voor stap bloot aan situaties die je eng vindt. Hierdoor kun je onderzoeken of hetgene dat je vreest ook echt gaat gebeuren. Zo kan het dat mensen met een heftige spinfobie uiteindelijk weer het bos in durven, vliegangstigen een verre vliegreis maken en verlegen mensen weer met plezier naar een feestje gaan.

Cognitieve (gedrags)therapie
Bij cognitieve therapie onderzoek je welke gedachten (cognities) bijdragen aan de angst. Je houdt deze gedachten onder de loep en stelt ze waar nodig bij. In de behandeling van een gegeneraliseerde angststoornis zul je bijvoorbeeld belangrijke piekerthema’s registeren, onderzoeken en kijken naar een effectievere manier om ermee om te gaan.